Om een boek te schrijven, heb je inspiratie nodig. Wat wil je doen, waar moeten ze heen, in wat voor een wereld leef je? Maar de allereerste vraag die je jezelf moet stellen, wie is jouw hoofdpersonage en wat is zijn verhaal? Mijn verhaal, of liever gezegd dat van Nick, is gevuld met tegenslagen, kwelling, etc. Waar heb ik de mosterd gehaald? Zoals de meeste auteurs, uit mijn directe omgeving. Er zijn heel veel dingen die mij beïnvloed hebben, stuk voor stuk hebben ze me gemaakt tot de wie ik nu ben. Hierbij begin ik aan een heel persoonlijke getuigenis van wat Ruiters van de Nacht voor mij betekend heeft.
Waar jij gaat, ga ik
Zoals eerder aangehaald, begon ik pas echt met schrijven toen Esprit in mijn leven verscheen. Ik heb altijd een groot hart voor dieren gehad, alhoewel mijn ouders me nooit dieren mee naar huis lieten nemen (wat ik toch deed, natuurlijk). Zodra ik volwassen was en een houvast had in het leven, leerde ik Esprit kennen. Een Italiaanse Draver met wedstrijdgeschiedenis. Al wat ik van hem wist, was zijn peesblessure.
Maar mijn vriendelijke reus had veel gezondsheidproblemen. Veel van de aandoeningen zijn moeilijk uit te leggen voor mensen zonder paarden maar we kunnen wel stellen dat zijn leven aan een zijde draadje hing. Ik kreeg de keuze: verlossen uit zijn lijden of vechten voor zijn leven. Het is een keuze die je liever niet wil maken, dus deed ik dat ook niet. Ik liet hem beslissen. Ik kroop bij hem in de stal en ging zitten. Esprit, nauwelijks sterk genoeg om overeind te blijven, kwam bij me staan. ‘Wat wil je doen,’ fluisterde ik. Hij bracht zijn neus tegen mijn wang en stootte. Het was een van de meest emotioneelste momenten in mijn leven tot nu toe. Zelfs terwijl ik dit schrijf, staan de tranen in mijn ogen. Hij stampte met zijn voorbeen op de grond en knorde. Nu ik eraan terugdenk, had het evengoed een irriterend vliegje kunnen zijn, maar op dat moment wist ik het zeker. Vechten.
Ik liep op het verkeerde spoor in die periode van mijn leven. Esprits toestand heeft mij ook voor een keuze gesteld. Ik koos ervoor om te stoppen met het uitgeven van mijn geld aan rommel die niet in mijn lichaam thuishoorde en alles te spenderen aan zijn geneesmiddelen. En dus begon de lijdensweg van maanden revalidatie. Medicatie, gespecialiseerde voeding en aangepaste oefeningen.
Na enkele maanden stagneerde zijn toestand, maar dat was niet goed genoeg. Hij moest nog steeds aansterken en dus deed ik een van de weinige dingen die ik nog kon doen. Om hem voldoende in de gaten te kunnen houden, besloot ik ongeveer negen maanden lang bij hem in de stal te slapen. De eerste maanden was het een zeer enge periode. Ik was doodsbang dat hij op me zou liggen of me zou vertrappelen maar het eindigde in iets veel mooiers. In de enkele uren per nacht dat hij liggend sliep, kroop hij dicht tegen me aan. En sindsdien geldt er een heel simpele verbintenis tussen Esprit en mij. Waar jij gaat, ga ik. Daarom is Esprit een van de belangrijkste dieren in Ruiters van de Nacht. We zijn samen hersteld van een leven wat ons kapot maakte.
Liefdesverdriet
Na Esprits herstel had ik terug tijd om meer onder de mensen te komen. Toch leerde ik haar kennen op de stalling waar Esprit stond. Een van mijn vrienden op de manege bracht een vriendin mee. Zijn intenties waren... nou, niet zo goed verborgen. Maar ze was meer geïnteresseerd in mij en we raakten aan de praat. Zij was degene die me liet omschakelen van Engelse rijkunst naar western. Ik mocht wat van haar materiaal lenen tot ik het zelf gekocht had. Hoe beter het tussen ons ging, des te schuldiger ik me voelde tegenover de vriend op de manege. Dus verbrak ik het contact.
Zij liet het er echter niet bij. Een poosje later kreeg ik van haar een bericht met de vraag of ik het geleende materiaal terug wilde geven. En dat bracht de bal aan het rollen. Zij was de eerste vrouw waarmee ik ging samenwonen. Maar het ging niet goed en we groeiden uit elkaar. Ze brak mijn hart op een heel lelijke manier. Tot mijn opluchting heeft de vriend op de stalling het me nooit kwalijk genomen dat ik een relatie begonnen ben met de vrouw. Ik wist niet hoe ik met de breuk om moest gaan, tot ik Ruiters van de Nacht schreef. Het heeft me geholpen om terug de bovenhand te krijgen en alles achter me te laten.
Ik ben haar op een of andere manier dankbaar. Ons gezamelijke verleden heeft een hele grote invloed gehad op mijn leven.
Kameraadschap
Een boek heeft personages nodig. Mezelf in allerlei verschillende lichamen projecteren voelde wat vreemd dus zocht ik een andere oplossing. Ik ben begonnen aan Ruiters van de nacht uit een ik-perspectief. Het was dus een soort dagboek of Jornakuwe zoals in mijn verhaal staat. In mijn leven staan mijn vrienden centraal. Dus met de goedkeuring van de toekomstige hoofdrolspelers begon ik de eerste scenes te schrijven met de nieuwe karakters.
Geloof het of niet, de vriend op de stalling, kreeg een eigen rol. Chase, met de magie van de Trouwe. Want hij is een goede vriend geweest en dat is hij nog steeds! Wie mijn vorige blog gelezen heeft, zal de naam Karel misschien ook al gelezen hebben. In mijn boek heeft hij zijn naam behouden en de magie van de Wijze gekregen. De reden hiervoor is omdat hij in het echte leven als een grote broer voor me was. Jammer genoeg is het contact nu verwaterd. Maar ik zal zijn lessen steeds in het hart dragen. Ik wens hem dan ook het allerbeste toe. Andere rollen zoals Tessy zijn ook mensen die mijn pad gekruisd hebben. Ik heb steeds getracht hun karaktereigenschappen eer aan te doen en glimlach vaak als ik hun aan het woord laat in mijn verhaal. Dat is zo typisch, Karel, of Ja, dat zie ik Chase wel doen. Nog een leuk weetje, de persoon waarop Chase gebaseerd is, speelt zichzelf in de boektrailer! Dat is pas echt kameraadschap!
Keuzes
Een verhaal is altijd afhankelijk van de denkwijze van de auteur. Ik heb steeds geprobeerd om zo trouw mogelijk te blijven aan mijn visie van het verhaal. Dat gezegd zijnde, was mijn eerste manuscript 800 A4 bladzijden. Dat is natuurlijk veel te veel en dus kreeg ik van de uitgeverij de keuze. Ofwel maken we er twee delen van, ofwel ga je knippen.
Ik heb dan maar gekozen om het hele verhaal opnieuw te schrijven. Dat betekent dat ik veel van de overemotionele uitbarstingen of galspuwerij geknipt heb. Het was heel confronterend om mezelf tegen te komen maar ik wist dat sommige dingen enkel voor mezelf bedoeld waren. Een toekomstige lezer zou Nicks geklaag al snel beu worden.
En die kritiek krijg ik nu alsnog. ‘Het hoofdpersonage doet niets anders dan klagen en zeuren.’ Klopt, dat doet die ook. Ik heb bewust gekozen voor magie der Kwelling. Want Nick is niet de enige die zo met zichzelf in de knoop zit. Er zijn heel veel tieners en volwassenen die zichzelf door de dag worstelen met een maalstroom aan neerhalende gedachten. Ik wilde dat Nick een herkenningspunt zou zijn. Een ‘Oh, wacht. Ik ben niet alleen,’ naar andere lezers toe die zich ook niet goed in hun vel voelen.
Veel van mijn karakters roken. ‘Dat is niet van deze tijd,’ hoor ik al wel eens. En ook dat klopt. Maar de personen op wie ik de karakters gebaseerd heb, roken als een ketter. Dat is dus een deel van hun identiteit en kneedt hun voor wie ze zijn.
Zoals je kan zien, sta ik achter mijn verhaal en ben er trots op. Ik ben heel dankbaar en gebruik de kritiek om een betere auteur te worden. Maar sommige dingen zijn nu eenmaal keuzes die ik gemaakt heb.
Pootafdrukken op mijn hart
Venga... Als je toch maar eens kon zien hoeveel mensen jou kennen.
In mijn vorige blog is zij al ter sprake gekomen. Haar invloed op Ruiters van de nacht is zo groot, dat ik niet anders kan dat haar hier te vermelden. Zij was mijn allereerste puppy, een bordercollie teefje. Venga was een broodfok pup, een term waar ik op dat moment niet mee bekend was. Venga’s moeder werd opgesloten en moest veelvuldig zwanger worden. Haar enige doel was om zoveel mogelijk pups te baren die dan voor geld verkocht konden worden. Ik hield zielsveel van Venga maar sta niet achter deze praktijken!
Toen ze vier maanden was, begon ze plots op lucht te kauwen met schuim om haar mond. Ik haastte me naar de dierenarts. Wat volgde was een weg vol onderzoeken en ontgoochelingen. Venga had de Ziekte van Carré (hondenziekte), een ongeneeslijke, besmettelijke aandoening met de dood tot gevolg. Haar lichaam was bovenal ook nog eens onvoldoende ontwikkeld waardoor ze nooit groter zou worden dan de puppy die ze was. Ze verbleef een week in de dierenkliniek toen ik het telefoontje kreeg. ‘Meneer, we kunnen niets meer voor haar doen. U kunt haar het best laten inslapen. Wilt u nog afscheid komen nemen?’
Ik werd begeleid naar een kleine kamer, achter de revalidatiehokken. Daar lag ze, geïsoleerd vanwege haar besmettelijkheid. De arts hield ons tegen. ‘Voorzichtig, door de ziekte zijn haar hersenen aangetast. Er bestaat een kans dat ze u niet zal herkennen.’ Dus leunde ik naar haar toe en sprak zacht. ‘Venga? Hé, poppemie. Ken je me nog?’ Ze trok haar bovenlip op en gromde. ‘Nee, niet doen. Ik ben het maar.’ Mijn stem triggerde iets, een herinnering? Ze jankte en kwam naar me toe. Ik kon mijn tranen niet bedwingen. Ze sleepte haar achterste pootjes over de grond, haar vacht bijeengeklit. De ziekte had haar in zijn macht.
Ik ging op de grond zitten. Ze legde haar hoofd op mijn schoot en ik streelde over haar kop. ‘Het is goed. Je hebt lang genoeg gevochten.’ Ze sloot haar ogen.
Ze is vredig ingeslapen en heeft haar pootafdrukken stevig op mijn hart gedrukt. Ik heb haar afdruk later op mijn arm laten tattooëren. Nu heb ik Migo, hij komt van een erkende fokker. Hij is een pracht van een hond en zou me geen leven zonder hem kunnen voorstellen. Zijn eerlijke liefde doet me nog vaak aan Venga denken.
In het verhaal is Venga, Nicks Zielsdier. Dit is omdat ik weet dat ze het mijne zou geweest zijn, moest ze tot op de dag van vandaag nog geleefd hebben.
Venga heeft veel moeten doorstaan, haar was geen lang geleven geschonken. En wat was haar enige blaam? Geboren worden in een nest waarvan de eigenaren maar één ding op oog hadden, winst. Dus denk alsjeblief aan Venga als je mijn boeken leest. Lach met haar, huil met haar mee en wees even speels. Gedenk haar zoals ik ze beschreven heb, want het was elke vezel in haar lichaam van wie ze was, puur Venga.
Comments